THREE CENTURIES OF RUSSIAN VIOLA SONATAS

Basil Vendryes (viola) & William David (piano)

De Russische altvioolsonate is een zeldzame vogel, niet in de laatste plaats omdat het instrument zelf door de Sovjetautoriteiten werd afgekeurd, en als gevolg daarvan heeft de Russische muziek voor de altviool een nogal fragmentarische geschiedenis. Het begint serieus in 1931, wanneer de Sonate uit 1825 van Mikhail Glinka, 'de vader van de Russische muziek', werd gereconstrueerd uit zijn schetsen door Vadim Borisovsky, 'de vader van de Russische altviool'. Daarna werkten musici en componisten samen om het repertoire uit te breiden. De relatie tussen de componist Revol Bunin en de altviolist Rudolf Barshai resulteerde in een sonate uit 1955 die meer aandacht verdient. Hoewel ze een halve eeuw uit elkaar liggen, hebben de sonates van Shebalin en Sokolov iets ongewoons gemeen: beide werden gemaakt als onderdeel van een drieluik, naast sonates voor viool en cello. Alle vier de componisten wisten hoe ze de altviool moesten laten zingen - hoewel deze lyriek vaak wordt geanimeerd door momenten van drama en opwinding.

Bunin, R:
 Viola Sonata in D minor, Op. 26

Glinka:
 Viola Sonata in D minor

Shebalin:
 Viola Sonata, Op. 51 No. 2

Sokolov, I G:
 Viola Sonata